Zelfs na jaren studie is het voor veel mensen nog moeilijk om in een vreemde taal de vaart in het gesprek te houden. Ze blijven vertalen vanuit en naar de moedertaal, en daardoor hebben ze vaak een langere reactietijd. Ook houden ze vaak moeite met schakelen tussen enkelvoud en meervoud of tussen heden, verleden en toekomst. Met Taaltempo Frans leren de cursisten de grammaticale rijtjes los te laten en de vervoegingen gen snel en correct toe te passen. De methode richt zich op het begrijpen van en reageren op formuleringen in de Franse taal. Vanaf de eerste lessen trainen de cursisten zich in het volt antwoorden op de gestelde vragen. Het geven van een juist antwoord wordt zo gaandeweg een automatisme. Het niveau wordt geleidelijk opgevoerd, terwijl het voorafgaande steeds wordt herhaald. Dankzij de interactieve werkwijze kunnen de cursisten met deze methode in korte tijd snel resultaat behalen.
De moeilijkheidsgraad van de oefeningen in Taaltempo Frans komt ongeveer overeen met de niveaus Al, A2, B1 en B2 van het Europees Referentiekader. De methode kan zowel klassikaal als voor zelfstudie worden gebruikt. Op de website bij dit boek staan didactische aanwijzingen voor docenten.
Jan van Tuin was jarenlang docent Frans in het middelbaar onderwijs en docent Italiaans aan de Volksuniversiteit. Op het moment geeft hij Nederlands aan anderstaligen.
De Taaltempomethode is ontwikkeld door Pauline Kuiper-Jong. Eerder verschenen in deze serie Taaltempo Italiaans, Taaltempo Spaans, Taaltempo Nederlands en Taaltempo Duits.