De modecollectie van het Kunstmuseum Den Haag heeft een Westerse focus. Maar je kunt geen kast in het depot opendraaien, of je treft iets aan ‘van heinde en ver’. Veel modestukken vertellen verhalen die de wereld in zich dragen en deze omarmen.
Door de wereldhandel en kolonisatie zijn eeuwenlang textilia uit verre landen naar Nederland toe gebracht. Deze hebben de West-Europese modegeschiedenis verrijkt en verbreed; vervolgens zijn ze in Europa gekopieerd. In de twintigste eeuw lieten grote couturiers als Paul Poiret, Callot Soeurs, Yves Saint Laurent, Alexander McQueen en John Galliano zich inspireren door een ‘gedroomd oosten’. Nu is het tijd voor een nieuw geluid: jonge ontwerpers met een diverse achtergrond, die deze met trots in hun creaties verwerken. Denk aan Kenneth Ize, Jamie Okuma, Christopher John Rogers, Karim Adduchi, Hanifa, Lisa Konno, Maison Artc, Thebe Magugu en Curtis Oland en meer.
Zonder context, geschiedenis en de verhalen van de eigentijdse ontwerpers kun je al deze kleding zien als een verzameling prachtige mode. Maar veel liever nodigen we je uit om de moeite te nemen deze te zien in de context waarin ze zijn gemaakt, als onderdeel van de wereldgeschiedenis die ze vertegenwoordigen, en door de ogen van de makers van nu.
