De hervatting van het spel opent met een reeks gedichten waarin Gary Geddes zich verplaatst in het leven en het lot van zijn personage. Via empathie en verbeelding schetst hij de ervaringen van een Indiaans kostschoolkind dat ontvoerd is door overheidsbeamten en onder dwang in een religieus (lees: katholiek) instituut is geplaatst, waar het zijn moedertaal niet meer mag spreken. Het betreft hier het beruchte kostschooldrama van Indiaanse en Inuit kinderen in Canada dat een eeuw lang speelde.
Van geheel andere aard zijn de gedichten die op te titelreeks volgen, al werkt Geddes ook daar vanuit eenzelfde, op inleving berustende techniek, en spelen ook dan vergelijkbare motieven als dood, ontbering en fataliteit een rol. Behalve zeer persoonlijke verzen over het verlies van zijn moeder op joge leeftijd richt de dichter zijn aandacht in ‘Spreek met de wond’ en Hong Kong ‘41 op oorlog en geweld – universele thema’s die hij vanuit een sterke politiek-maatschappelijke betrokkenheid geregeld in zijn breed uitwaaierend oeuvre opvoert.
Gary Geddes (1940) is behalve dichter en non-fictie schrijver ook de samensteller van succesvolle bloemlezingen, waarvan 20th-Century Poetry & Poetics de bekendste is geworden. Hij was hoogleraar Engelse letterkunde in Montreal, trad ook op als stichter en uitgever van Cormorant Books en ontving belangrijke literaire prijzen zoals de Lieutenant Governor’s Award for Literary Excellence, de Common Wealth Poetry Prize en de Gabriela Mistral Prijs (‘wegens verdiensten voor de literatuur en het volk van Chili’, hem uitgereikt na de val van de Pinochet-dictatuur).
H.C. ten Berge (1938) is dichter, prozaschrijver, essayist en vertaler. Hij richtte in 1967 het internationaal gerichte tijdschrift Raster op, waarvan hij tot 1973 de enige redacteur was. In 2003 ontving hij de A. Roland Holstpenning voor zijn poëzie. Het gehele oeuvre werd bekroond met de Huygens- en de P.C. Hooft-prijs (resp. in 1996 en 2006).
