Constance Croon torst bittere jeugdherinneringen met zich mee. Pas
halverwege haar leven vindt zij de kracht om Vossensteyn, het oude
familiehuis, een bezoek te brengen. Haar oma ligt daar op sterven; zij
voelt zich schuldig aan de liquidatie van een familielid in de oorlog. In
hun nachtelijke gesprekken blijkt dat oma lijdt onder leugens die het
hele gezin hebben beschadigd. Wat voor licht werpt dat op het verstikkende
milieu waarin Constance opgroeide? Was haar moeder een
narcistische kwelgeest of juist slachtoffer van machten die hen allen
te groot waren?
Het litteken van Vossensteyn speelt zich beurtelings af in Twente en Amsterdam
tijdens de Duitse bezetting.