De laatste twintig jaar is het aantal (scholen)netwerken enorm gegroeid. Onderzoek naar het functioneren van netwerken heeft daarmee geen gelijke tred gehouden. Dat is riskant. Weliswaar zijn netwerken op dit moment erg populair, maar als je niet goed nagaat waarom ze werken en in welke gevallen ze nuttig zijn, is de kans groot dat mensen tamelijk onverhoeds op het fenomeen uitgekeken raken en het allemaal niet veel meer dan de zoveelste hype blijkt te zijn geweest. En dat zou onterecht zijn, want netwerken zijn, zeker voor bepaalde problemen, bij uitstek een leer- en werkomgeving voor (onderwijs)professionals. Z
e stellen docenten in de gelegenheid om een helder(der) beeld te ontwikkelen van de problemen waar ze in hun praktijk mee kampen, en vervolgens ideeën die ze opgedaan of ontwikkeld hebben, te koppelen aan hun eigen, specifieke praktijk, samen met collegas, gebruikmakend van hun eigen praktijkkennis. Juist die ontastbare kant is het unique selling point van netwerken. Daarom noemt Marc Coenders, de hoofdauteur van deze Meso Focus, dit soort netwerken dan ook leernetwerken.
Deze Meso Focus bestaat uit twee delen: Netwerkleren in het onderwijs en Sociale netwerkanalyse. In het eerste deel gaat Marc Coenders uitgebreid in op de vraag wat netwerkleren is en hoe je het faciliteert. In deel 2 zet Maarten de Laat uiteen hoe je met behulp van sociale-netwerkanalyse een beeld kan krijgen van wat er onder de oppervlakte van de organisatie gebeurt, zodat je beter in staat bent dit soort leerprocessen te stimuleren of te faciliteren.
Aanvullende informatie
Over de auteurs:
Marc Coenders (marc.coenders@leerarchitectuur.nl) is zelfstandig leerarchitect en faciliteert leernetwerken en communities of practice. Hij is oprichter en directeur van Netwerk Leerarchitectuur, dat kennis over uiteenlopende sectoren en procesvaardigheden bundelt.
Maarten de Laat (maarten.delaat@ou.nl) is lid van het managementteam bij het Ruud de Moor Centrum van de Open Universiteit. Hij coördineert onderzoeks- en vraagsturings projecten en geeft leiding aan het onderzoeksprogramma netwerkleren.
