Deze omvangrijke uitgave biedt een overzicht van de belangrijkste teksten over architectuur uit de twintigste eeuw - voor het eerst in één standaardwerk toegankelijk voor de Nederlandstalige lezer. Opgenomen zijn invloedrijke manifesten en programmatische geschriften die een pleidooi houden voor een specifieke architectuuropvatting, maar ook theoretische teksten die in meer algemene zin de rol en betekenis van architectuur in de samenleving tot onderwerp hebben. Tot de geselecteerde auteurs behoren niet alleen beroemde architecten als Sullivan, Loos, Le Corbusier, Mies van der Rohe, Rossi, Tschumi, Eisenman en Koolhaas, maar ook minder bekende grootheden als Mauclair en Mordvinov. Er is daarnaast ook plaats ingeruimd voor dichters als Marinetti en Valéry, voor kunstenaars als Lissitzky en Malevitch, en voor theoretici als Rykwert, Mumford, Banham en Tafuri. Ook de filosofen zijn prominent aanwezig: Adorno, Benjamin, Bataille en Heidegger. De keuze van deze meer dan honderdvijftig teksten is gebaseerd op hun intrinsieke kwaliteit, hun historisch belang en hun relevantie voor het hedendaagse architectuurdebat. De teksten, waarvan het overgrote deel voor het eerst in een Nederlandse vertaling, zijn chronologisch geordend en elk voorzien van een korte situerende inleiding. Een uitgebreid apparaat met thematische commentaarteksten en een geïntegreerd register maken dit naslagwerk compleet.
