Een student vindt een intrigerend aantekeningenboek van een wetenschapper, die heeft ontdekt dat een oeroude orde van engelen en demonen weer de kop heeft opgestoken. Zijn sleutel? Een Keltische talisman waarin een triskel is gegraveerd. Zo begint een barokke, vlijmscherpe zoektocht door universiteitsbibliotheken, ingedutte oude villa’s en achterkamertjes van antiquairs.
Miguelanxo Prado gebruikt deze fabel om ons na te laten denken over het wankele evenwicht tussen de mens en de natuur, een evenwicht dat steeds wankeler wordt door onze hang naar macht en ons gebrek aan zelfkritiek.
